Valentijn: om liefde te vieren

Op Valentijnsdag bieden veel restaurants een romantische avond voor geliefden; bloemenwinkels, bonbon- en kaartenwinkels hopen deze dagen op een goede omzet. In kerkelijk verband wordt gezocht naar een zinvolle invulling van deze feestdag, die toch een kerkelijke oorsprong heeft. Of niet?

Valentijn, de legende

Laten we beginnen bij de legende. Deze is welbekend: een zekere Valentinus was priester in Rome. Hij negeerde het verbod van de romeinse keizer Claudius II voor soldaten om te trouwen en hielp geliefden door hun huwelijken te sluiten. Natuurlijk werd hij verraden en gevangengenomen. Het is de derde eeuw, de tijd dat christenen nog vervolgd worden en de doodstraf kunnen krijgen. Valentijn krijgt huisarrest bij een man van stand genaamd Asterius, die een blinde dochter heeft. Valentinus geeft het meisje het licht in haar ogen terug, waarop allen in huis vragen om het licht van Christus te mogen zien. Volgens een variant van de legende worden het meisje en Valentinus verliefd op elkaar. Uiteindelijk moet de man voor de rechter komen. Na een oneerlijk proces waar Valentijn moedig weigert om zijn christelijk geloof te verloochenen, wordt hij veroordeeld tot het zwaard. Al wat rest is een in het geheim achtergelaten briefje voor het meisje met daarop ‘je Valentijn’. Zo zou de eerste Valentijnsgroet geboren zijn. Maar waarschijnlijk hebben we hier te maken met late aanpassing van de legende, want in de Legenda Aurea van Jacobus de Voragine (ca. 1260) is er geen sprake van verliefdheid of briefjes.

Valentinus van Rome. Of van Terni?

Dan naar de historie. De oudste vermelding van Valentinus vinden we in het Martyrologium Hieronymianum, een heiligenkalender die samengesteld is tussen circa 430 en 600 na Christus. Alles wat paus Gelasius I in 496 weet, is dat Valentinus hoort bij de heiligen ‘…wiens namen terecht worden geëerd onder de mensen, maar wiens daden alleen aan God bekend zijn.’ Historische informatie ontbreekt dus.

Nu zijn er ten minste twee mannen met de naam Valentinus die gevierd worden op 14 februari. De één was Valentinus van Rome, van wie gezegd wordt dat hij priester was. De ander was Valentinus, bisschop van Terni in Umbrië. Beide zouden zijn begraven in de catacomben van de Via Flaminia net buiten de stad Rome. Hun verhalen zijn vermengd geraakt tot één legende.

In de middeleeuwen komt al snel het verhaal boven dat Sint Valentinus het blinde meisje heeft genezen. Ook Jacobus de Voragine heeft deze korte legende opgenomen in de Legenda Aurea, de belangrijkste verzameling van heiligenverhalen in Europa in de 13e eeuw. Maar hier is nog geen sprake van dat Valentinus in het geheim soldaten helpt om te trouwen. Evenmin zijn Valentijn en het meisje verliefd op elkaar in Jacobus’ bronnen. Reden om aan te nemen dat tot in de hoge middeleeuwen Valentijn niet gevierd werd als patroonheilige voor de geliefden. Op het vasteland van Europa was Valentijn de patroonheilige van de lente, van de imkers en van mensen met oogziekten of epilepsie.

De eerste Valentijnsdag

De eerste die Valentijnsdag verbond met de liefde, is de Engelse dichter Chaucer in zijn werk Parlement of Foules: “For this was on seynt Volantynys day / Whan euery bryd comyth there to chese his make”. [“Want dit was op Sint Valentijn: als iedere vogel kiest wiens maatje hij zal zijn.” – vert. MG] Dit gedicht was geschreven voor de eerste verjaardag van de verloving van Koning Richard II van Engeland en Anna van Bohemen, die gevierd werd op 2 mei 1381. Volgens de historicus Henry Ansgar Kelly gaat het hier niet eens om 14 februari, maar verwijst Chaucer naar een heilige Valentinus van Genua, die op 3 mei op de kalender staat. Maar een traditie wordt geboren om Sint Valentijn te verbinden met liefde.

For this was on seynt Volantynys day / Whan euery bryd comyth there to chese his make” – Geoffrey Chaucer [“Want dit was op Sint Valentijn: als iedere vogel kiest wiens maatje hij zal zijn.” – vert. MG]

Eeuwenlang blijft het rustig. Pas tegen de negentiende eeuw werd de Valentijnsgroet in Engeland populair en meteen ook verscheept naar de VS. Zoals ook vandaag zocht men naar de historische oorsprong van volkstradities, dus werden de legenden zo aangepast dat ze een verband legden tussen Chaucers dichtregel en de ‘historische’ Valentinus. Ook ontstond in die tijd het idee dat Valentijnsdag een gekerstende voortzetting zou zijn van de Romeinse Lupercalia, een lente- en vruchtbaarheidsfeest. De wetenschapper Jack Oruch heeft afdoende aangetoond dat dit een fabel is. Als paus Gelasius in 496 Sint Valentijn noemt op de kalender van martelaren, heeft dit niets met liefde of vruchtbaarheid te maken. Wel met de moed om christen te zijn tegen de verdrukking in.

De relieken van Valentinus worden nog altijd in ere gehouden. In Rome in de Santa Maria in Cosmedin (sowieso een prachtig kerkje om te bezoeken) ligt zijn schedel met een bloemenkrans. In de Whitefriar Church in Dublin komen mensen nog altijd bidden bij de relieken van Valentinus van Rome om geluk in de liefde. Dat is waar de kerk sterk in is: mensen de gelegenheid bieden om te bidden voor hun geluk.

Nieuwe rituelen bij een oud feest

Wat kunnen we nu met deze traditie die zo weinig te maken heeft met de historische Valentinus? Afschaffen, zoals de Romeinse kalender in 1969 deed met alle heiligen van wie historisch te weinig informatie bestaat? Dat lijkt mij een gemiste kans voor de kerk. Als kerk hebben we veel in huis om aan te sluiten bij het universeel menselijke verlangen naar liefde. Liefde ligt zo dicht bij het evangelie, die mag gevierd worden. Als Valentinus liefde verkondigd heeft, zal het de liefde van het evangelie geweest zijn: de liefde voor God en de naaste die Jezus ons zo voorgeleefd heeft.

  • Deel rozen uit aan voorbijgangers op het plein voor de kerk.
  • Deel zelfgebakken Valentijnskoekjes uit (thuis bak ik graag de Valentijnstaart uit Zalig gebakken: een recept gebaseerd op de Amerikaanse red velvet cake. In de vorm van cupcakes zijn ze gemakkelijker uit te delen).
  • Organiseer een first-date-evenement waarbij je parochianen en daklozen met elkaar in contact brengt, met een gezellige high-tea.
  • Heel mooi is de viering in de Oosterkerk in Capelle aan de IJssel: hier kunnen mensen een zegen vragen over hun relatie of vriendschap.
  • Ook heel mooi is een “Ode aan de liefde”-avond met muziek, gedichten, verhalen, verteld door mensen uit de gemeente (naar een idee van ds David van Veen, De Veste in Gouda).
  • Zet (tijdelijk) een beeld van Valentinus in de dagkapel met daarbij de mogelijkheid om een persoonlijke bede of een vraag om zegen te schrijven. Plaats een hek voor het beeld waaraan mensen slotjes kunnen bevestigen of lintjes kunnen knopen.
  • Bied aan dat (een groepje uit) het koor een serenade van een mooi liefdeslied komt zingen bij mensen voor de deur.

Literatuur:

Oruch, Jack B. “St. Valentine, Chaucer, and Spring in February”, Speculum 56/3 (1981) 534–565.
Henry Ansgar Kelly, Chaucer and the Cult of Saint Valentine. Leiden: Brill, 1986 (Davis Medieval Texts and Studies, vol. 5)

Bericht auteur: Marian Geurtsen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *