Maria Hemelvaart of Maria Tenhemelopneming, van welke school ben jij? Je kunt er altijd commentaar op verwachten als je spreekt over Maria Hemelvaart, want dan heb je de theologie van Maria niet goed begrepen. Maria is toch niet zelf naar de hemel gegaan, zie ik de correcte collega’s denken. Er moet tenslotte verschil zijn. Jezus heeft zijn hemelvaart op eigen kracht gedaan, maar Maria moet je niet te veel naast God plaatsen; zij had toch hulp nodig om in de hemel opgenomen te worden.
Deze passieve term ’tenhemelopneming’ typeert de plaats die Maria toegewezen krijgt in de rooms-katholieke theologie. Ze is weliswaar belangrijk, maar niet meer dan een passieve schakel in het heilsplan van God. Maria’s inbreng is dat zij gehoorzaam en nederig instemde met wat haar overkwam, zo zegt de Mariologie. Haar vroomheid is een voorbeeld voor ons. Deze Maria blijft op grote afstand van de goddelijkheid van haar Zoon. Kijk maar: ze heeft zelf niet de macht ten hemel op te stijgen.
Het feest van Maria heeft oude wortels. Al sinds de vijfde eeuw viert de kerk van Jeruzalem (met een mooi woord) het ‘ontslapen’ van Maria op 15 augustus. Aan het einde van de zesde eeuw voert keizer Mauritius het feest in voor alle kerken van het Byzantijnse rijk. Hoe het in Rome terecht kwam, is niet zeker. Mogelijk voerde Paus Theodorus I het feest in het midden van de zevende eeuw in. Tussen de zevende en de twaalfde eeuw kwam de nadruk te liggen op de tenhemelopneming van Maria (assumptio) in plaats van de ontslapenis van Maria (dormitio). Alleen de rooms-katholieke kerk heeft de tenhemelopneming tot een dogma uitgeroepen. Zo ver kwam het pas in 1950.
In de Bijbel zoek je vergeefs naar informatie over de laatste levensjaren van Maria. Maar gelukkig zijn er verhalen ontstaan om deze lacunes in te vullen: de apokriefen. Historici noemen de apokriefe legenden over Maria’s dood de transitus-Mariae-legenden: verhalen over de overgang (transitus) van Maria naar de hemel. De rode draad: iedere dag gaat Maria als rouwende moeder naar het graf van Jezus. Daar bidt zij of zij verenigd mag worden met haar zoon. Als een ware aartsmoeder leeft ze mee met de apostelen die naar de uithoeken van de wereld trekken om het evangelie te verkondigen. En als zij voelt dat zij gaat sterven, roept Maria alle apostelen naar huis om afscheid van haar te nemen.
Volgens sommige versies van de legende staat haar sterfbed in Efese, volgens andere in Bethlehem. Zij zegent de twaalf nog een laatste keer. De apostelen zien dat Maria haar laatste adem uitblaast. Dan komt Jezus uit de hemel naar beneden om haar ziel over te nemen en de engelen vangen haar lichaam op om het naar de hemel te dragen. Alle apostelen? Nee niet allemaal. Thomas is er niet bij, net als toen Jezus na zijn dood op wonderbaarlijke wijze aan de apostelen verscheen. Het schilderij van Francesco Granacci verbeeldt dat Maria vanuit de hemel Thomas alsnog haar gordel toewerpt als bewijs. Thomas laat de apostelen haar lege graf zien. Waar men een lijkgeur verwacht, stijgt nu de geur van verse bloemen op.
Maar waarom is Maria niet gewoon gestorven en begraven? Dan hadden de apostelen op haar graf toch een mooie kerk kunnen bouwen? Maria kan niet gewoon begraven zijn, geloven eenvoudige mensen. Maria’s lichaam raakt aan het mysterie van God. Is haar lichaam tenslotte niet het lichaam waar Jezus in gegroeid is? God had gemakkelijk op aarde kunnen komen als een deus ex machina, met een bovennatuurlijke ingreep. Maar zo wilde God niet onder de mensen komen. God koos ervoor in een menselijk lichaam onder de mensen te komen. Maar God had het niet gekund zonder de medewerking van een vrouw: Maria zei ‘ja’ tegen het avontuur om zwanger te worden van Gods zoon. Al in de middeleeuwen erkenden mensen dat Maria’s lichaam zelf drager van het goddelijke was geworden. Haar feest op 15 augustus kun je beschouwen als het feest van het lichaam. Het feest dat het menselijk lichaam door Maria een goddelijke dimensie heeft gekregen.
Maria belichaamt ook de menselijke kant van God, die verheven is tot goddelijke hoogte. Een oud gebed, dat al bekend was in Alexandrië in Egypte rond het jaar 250, herkent in Maria de power van iemand die het goddelijke kan bemiddelen. Het gebed staat bekend als het Sub tuum praesidium: ‘Onder Uw bescherming nemen wij onze toevlucht, o heilige Moeder van God. Wijs onze gebeden niet af als wij in nood zijn, maar bevrijd ons altijd uit alle gevaren, verheven en gezegende maagd.’
Maria was verre van een passieve schakel in Gods heilsplan. Collega-theologen mogen Maria Tenhemelopneming correcter vinden. Om Maria’s inbreng en initiatief te honoreren blijf ik graag trouw aan de benaming die in de volksmond leeft: Maria Hemelvaart.
Een inspiratie-avond over Maria in de parochie? Kijk op Maria voor de mogelijkheden.
Zelf een kruidenwis voor Maria Hemelvaart maken en zegenen? Kijk op YouTube
Schilderij: Francesco Granacci, Assumption of the Virgin (1517)